Polyfenolen zijn een groep plantenstoffen met een positieve invloed op onze gezondheid. Ze hebben een sterk ontstekingsremmend effect en een anti-carcinogene (anti-kanker) werking. Belangrijke polyfenolbronnen zijn rauwe cacao, druiven, bessen, noten, koffie, thee en granaatappels.
Wat zijn polyfenolen?
Polyfenolen zijn een familie van plantaardige stoffen die worden aangetroffen in natuurlijke voedingsmiddelen. Deze verbindingen spelen een belangrijke rol in het plantenrijk en beschermen planten tegen infecties, ongedierte, UV-straling van de zon, oxidatieve stress en zware metalen en chemicaliën.
Ze werken ook als signaalmoleculen die worden gebruikt voor het groei- en rijpingsproces. Inmiddels zijn er meer dan 8000 verschillende polyfenolen geïdentificeerd. Meer dan de helft van deze groep plantenstoffen zijn flavonoïden, de plantaardige bestanddelen die verantwoordelijk zijn voor de heldere kleuren in groenten en fruit. Veel polyfenolverbindingen, waaronder resveratrol, nemen toe in hoeveelheid wanneer een plant gewond raakt of onder stress staat.
Gezondheidsvoordelen polyfenolen
Het eten van deze polyfenolverbindingen heeft een positieve invloed op onze cellulaire weerstand. De cellen lijken een hogere mate van stressbestendigheid te hebben, waardoor ze daarmee beter in staat lijken te zijn zichzelf te beschermen tegen ziekte.
Sommige deskundigen zijn van mening dat polyfenolen een voorbeeld van hormese zijn. Hierbij is een stof in hoge concentratie giftig, maar in lage concentratie resulteert deze in een positief effect op de gezondheid.
Andere experts hebben gaan uit van de theorie van xenohormesis, waarbij de concentratie van polyfenolen in planten een indicatie vormen voor de mate van stress van de plant. Hoe hoger de mate van stress voor de plant, hoe hoger de concentratie van polyfenolen en hoe beter deze zou zijn voor de eter van de plant (zoogdieren).
De evolutie
Veel wetenschappers denken dat onze voorouders tijdens de evolutie veel meer plantaardig voedsel aten. Dit zou ook betekenen dat ze een veel grotere hoeveelheid en diversiteit aan plantenstoffen hebben binnengekregen dan een gemiddeld persoon dat tegenwoordig binnenkrijgt.
Polyfenolen lijken onderling ook synergetisch te werken, dus hoe eer en gevarieerder je verse groenten en fruit eet, hoe beter het is voor je gezondheid.
Met het moderne westerse dieet krijgen we natuurlijk veel te weinig groenten en fruit binnen. De schamele ‘minstens twee ons groenten en twee stuks fruit’ van het Voedingscentrum zijn natuurlijk zwaar ondermaats om een goede gezondheid blijvend te kunnen ondersteunen.
Wat zijn de beste bronnen polyfenolen?
Om een zo groot mogelijke verscheidenheid aan polyfenolen binnen te krijgen is het belangrijk om uiteenlopende plantensoorten te eten, zoals appels, zwarte gember, citrus, rauwe cacao en druiven. Samen bieden deze een verscheidenheid aan polyfenolverbindingen. Het gaat daarbij meer om de ‘variatie van verschillende soorten polyfenolen’ dan om ‘meer is beter’.